Sparen voor later

Hoe kun je slim sparen voor later?

Veel Nederlanders beginnen via hun werkgever op tijd met sparen voor later. Je wilt er immers ook tijdens je pensioen warmpjes bijzitten. Maar wat nu als je werkgever geen of slechts een beperkte pensioenregeling aanbiedt? Welke mogelijkheden heb je dan om zelf te sparen voor later?

Hoe sparen voor later?

Wanneer je via je werkgever geen of onvoldoende aanvullend pensioen voor later opbouwt, kun je zelf fiscaal vriendelijk geld wegzetten op een bankspaarrekening of lijfrente. Dit zijn beide spaarproducten waarop je nu geld inlegt, dat de bank of verzekeraar tijdens je pensioen uitkeert. Er bestaan echter belangrijke verschillen tussen beide vormen. In het artikel 'Verschil banksparen en lijfrente' vind je een overzicht van deze verschillen.

Geld sparen voor later - Twee fases

Zelf sparen voor later op een bankspaarrekening of lijfrente bestaat uit twee fase: de opbouwfase en de uitkeerfase. Tijdens de opbouwfase spaar je eenmalig of periodiek (maandelijks of jaarlijks) een bedrag bij elkaar. Over dit bedrag vergoedt de bank of verzekeraar uiteraard rente.

Op het moment dat je de AOW-leeftijd bereikt of dat je (eerder of later) met pensioen gaat, start de uitkeringsfase. Het bedrag wat je tot dat moment hebt opgebouwd, komt dan "vrij". Je bent verplicht dit geld in een zogenaamd uitkerend pensioenproduct te storten. Dit is een pensioenrekening die er speciaal op gericht is om je opgebouwd pensioen uit te keren. Waar je deze uitkerende rekening opent, bepaal je zelf. Je bent niet verplicht om dit bij dezelfde bank of verzekeraar te doen als waar je het aanvullend pensioen hebt opgebouwd.

Bij het afsluiten van de uitkerende pensioenrekening spreek je met de bank of verzekeraar af op welke manier hij het bedrag uitkeert. Je kunt bijvoorbeeld afspreken dat je vanaf je pensioen een maandelijkse uitkering ontvangt of dat ieder kwartaal een bedrag wordt uitgekeerd.

Geld voor later – Belastingvoordeel

Het fiscale voordeel van een een lijfrente of bankspaarrekening is dat de bedragen die je inlegt aftrekbaar zijn van de inkomstenbelasting, mits als je over jaar- of reserveringsruimte beschikt. De jaarruimte is het bedrag dat je dit kalenderjaar te weinig aan pensioen opbouwt volgens de Belastingdienst. De reserveringsruimte is een optelsom van je jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Via de Rekenhulp Lijfrentepremie bereken je eenvoudig jouw jaar- en/of reserveringsruimte.

De inkomstenbelasting betaal je pas op het moment de bank het opgebouwde tegoed uitkeert (tijdens je pensioen). Aangezien er voor AOW-ers doorgaans lagere belastingtarieven gelden, betaal je uiteindelijk minder inkomstenbelasting. 

Daarnaast rekent de Belastingdienst de bedragen die je inlegt op een lijfrente of bankspaarrekening en die binnen je jaar- en/of reserveringsruimte vallen niet tot je eigen vermogen in box 3. Hierdoor betaal je hier geen vermogensrendementsheffing over.

Zelf sparen voor later

Naast het opbouwen van een aanvullend pensioen via een lijfrente of bankspaarproduct kun je ook sparen voor later op een gewone spaarrekening of deposito. Het voordeel hiervan is dat je volledige vrijheid hebt over hoeveel je spaart. Daarnaast kun je natuurlijk tussentijds ook het geld voor een ander doel gebruiken, mocht dat nodig zijn. Een nadeel van sparen op een gewone spaarrekening of deposito is dat je niet profiteert van het belastingvoordeel.

Tip! Zelf sparen voor later op een spaarrekening of deposito? Haal dan het maximale uit je spaargeld! Vergelijk direct online de rentes en voorwaarden van alles spaarproducten en vind de hoogste rente op een spaarrekening of de hoogste depositorente.